Gefeliciteerd Bart en Ronald!

Vandaag trouwen Bart en Ronald!

Marieke en ik missen wat vrij zeker het leukste bruiloftsfeest in jaren zal zijn, maar krijgen toch een stukje ‘center stage’: het bruidspaar heeft ervoor gekozen om een deel van de huwelijksgiften te doneren aan ons project. We zijn daar heel erg blij mee!

Ronald en Bart – én alle bruiloftsgasten – dank jullie wel voor je steun! Maak er een feest van vandaag. We wensen jullie heel veel geluk!

— Marco, Marieke & de kinderen

5H-WKF

Via-via hoorde ik dat Aat, een van mijn medebassen in een koortje hier in Moshi, een zelfgebouwd vliegtuig zou hebben. Dat prikkelde mijn nieuwsgierigheid! Desgevraagd bleek het gerucht niet alleen waar te zijn, het vliegtuigje staat nota bene in een hangar op Moshi Airport, en Aat nodigde ons uit om eens te komen kijken als hij het voor onderhoud uit zijn hangar zou halen.

Moshi Airport

Moshi Airport klinkt als heel wat, en op Google Maps lijkt dat ook zo, maar Moshi Airport is niet veel meer dan een air strip. Er zijn geen lijnvluchten, en misschien landt er eens in de week of maand een gecharterd toestelletje. Alle regionale, nationale en internationale lijnvluchten vliegen op Kilimanjaro International Airport (JRO), op 40km hier vandaan.

Desondanks staat er op Moshi Airport een prachtige, gedateerde maar perfect onderhouden, vertrek- en aankomsthal. De weg naar het vliegveldje wordt netjes aangegeven, en op het terrein staat zelfs een wegwijzer naar de vertrekhal — het enige gebouw op een vlakte van zeker 2 bij 2 km. Het is alsof de tijd er heeft stilgestaan sinds de laatste lijnvlucht er vertrok …

Update: … of had moeten vertrekken. Mariekes collega Rune — een kinderarts die geboren en getogen is in Moshi, sterker nog: geboren is in KCMC Hospital waar zij nu beiden werken — wist haar het volgende te vertellen. Toen KCMC in 1971 werd opgericht, was Moshi de beoogde standplaats van Amref / Flying Doctors. Het ziekenhuis heeft daarom een helicopter deck en zelfs een radio room in een hoekje van de afdeling verloskunde. Beide zijn echter nooit in gebruik genomen omdat Flying Doctors gezien de politieke ontwikkelingen in Tanzania, koos voor nabijgelegen Nairobi.

Kitfox

Het vliegtuigje van Aat is een Kitfox. Op het identificatieplaatje heet het een “Experimental Amateur Built Aircraft”. Aat heeft het als bouwpakket met een vriend in Idaho gekocht, en in een container naar Dar Es Salaam laten verschepen. De term “bouwpakket” suggereert dat op zijn minst de onderdelen al af waren, maar toen de eerste instructie luidde “fabricate this part” (waarbij hij een vrij complex onderdeeltje met opstaande randen en een schuine kant moest maken uit een meegeleverd perspex kubusje) wist Aat dat het wel wat werk zou gaan kosten. Hij heeft vervolgens twee jaar lang zijn vrije tijd gestoken in het assembleren van het vliegtuigje. Het resultaat vind ik adembenemend.

“Perfection in design is achieved not when there is nothing more to add, but when there is nothing more to take away.”

Twee weken

Pas twee weken hier! Een korte update aan de hand van wat foto’s.

We hebben bijna een auto. Deze Toyota Land Cruiser is het niet geworden, evenmin als de Mitsubishi Pajero.

 

 

De Kilimanjaro blijkt tóch te zien vanuit onze tuin. Zoiets als de Dom willen kunnen zien als je in Utrecht woont.

 

Marieke is met Anne- Marijke en de meiden naar de lapjesmarkt geweest, en is nu druk bezig met het vervangen van de gordijnen en de stoelbekleding.

Ik heb gisteren en vandaag gesproken met Prof. Kibiki, directeur van het KCRI. Zonder meer een goede klik, en mijn komst is meer dan welkom.

Voor mijn mede-geeks tijdens de rondleiding een fotootje gemaakt van de server room.

 

Ik kon op KCRI natuurlijk niet aankomen met een flappende zool, dus eerst met de jongens in de stad gestopt bij een shoe fundi.

 

Het begin van de tuin

Ons huis staat staat midden op een grote lap grond die voordat we hier kwamen wonen helemaal is kaal gemaakt. Het geeft ons terrein een wat troosteloze aanblik. Gezien de omvang van het terrein (65x75m) zagen we ons al twee jaar op een grotendeels barre vlakte wonen. Maar na 1 dag werk door Sebastian, een tuinman van KCMC, hebben we goede hoop dat we al vrij snel iets toonbaars zullen hebben.

Ik ben met Sebastian naar een andere tuin geweest die hij verzorgt en daar hebben we de planten uitgekozen die we hier willen neerzetten. Hij heeft delen van de planten uitgegraven – het is hier zo ‘lush’ dat je daar weinig van ziet en bovendien groeit het zo weer aan – die we hebben verzameld meegenomen naar ons huis.

De nieuwe aanplant, ook als is het nog niet veel, geeft het huis al een heel andere indruk.

 

Verhuisd!

Vanaf vandaag wonen we in ons eigen huis! Toen we drie weken voor vertrek onze ‘local intelligence’ op pad stuurden, bleek het huis waar we zouden gaan wonen nog verre van klaar. Het had een jaar leeg gestaan, en de toestand was navenant. René en Christine (tuinders met een kwekerij in Moshi) boden ons toen aan om in ieder geval de eerste week in hun huis te verblijven, een aanbod waar we dankbaar gebruik van hebben gemaakt.

Sideline: Christine blijkt een klas onder mij op het Marnix College te hebben gezeten, en nu we het daar toch over hebben, mijn Marnix-klasgenoot Marco van de Kreeke blijkt kort geleden vertrokken uit Moshi, waar hij directeur van het vliegveld was …

Aanzicht huis linksvoor

In de dagen dat we in het huis van de Kleinvelds logeerden zijn we regelmatig gaan kijken bij ons huis, dat er een paar honderd meter vandaan ligt. Er is hard doorgewerkt. De buitenkant is helemaal geschilderd, en binnen is veel opgeknapt.

 

Aanzicht huis rechtsvoor

De tuin, die vol stond met mais en onkruid, is helemaal gerooid, waardoor het nu wel een barre vlakte is geworden. De tuinman van KCMC heeft echter grootse plannen, en wil snel beginnen met aanplanten. Hoop dat het snel groeit …

Vanochtend hebben we onze spullen verhuisd, en wat aanvankelijk een kil en leeg huis was werd al snel meer ‘onze plek’ toen we gingen uitpakken. De meiden deden dat in hun kamer helemaal zelf.

Het huis is wel enorm vuil, maar omdat we nog geen schoonmaakspullen in huis hebben, zal de grote schoonmaak tot morgen moeten wachten. In de middag ga ik met Ida en Mama Halima naar de markt waar we borstels, bezems, dweilen, emmers en varia schoonmaakmiddelen inkopen.

Mama Halima wordt de oppas voor de kinderen. Er was direct een klik toen we vanochtend met haar kennismaakten. Mama Halima spreekt vrij goed Engels, weet van aanpakken en kan ons kinderkoor aan.

Haar eigen naam is Zuhura, maar het is gebruikelijk, en eerbiediger, om volwassenen aan te spreken met de naam van hun oudste kind. Marieke en ik worden aangesproken met Mama Ida en Baba Ida. Dat laatste klopt natuurlijk niet, maar anders moeten we het steeds weer uitleggen (sorry Marek!).

Als we terugkomen van de markt zijn de gordijnen gebracht en min of meer voor de ramen gehangen. Her en der steekt er vitrage onderuit, afhankelijk van wat ter plekke langer is: de gordijnen of de vitrage. We besluiten alle vitrage maar weg te laten.

Net als we besloten hebben om deze heuglijke dag te vieren (en eigenlijk vooral omdat er niets schoons is in huis) door uit te gaan eten bij “Panda”, komt Gerbert Rieks aanwaaien. Gerbert – in zijn eigen woorden een “klassieke ontwikkelingswerker” – is net terug uit Nederland en nodigt ons uit voor het eten. Gezellig en lekker, met een perfecte afsluiter: een espresso van zelfgebrande bonen!

Onze eerste Dirt Road Hash

Iedere twee weken is er een “Kilimanjaro Dirt Road Hash”, een speurtocht te voet in de omstreken van Moshi. De hash van vandaag is de 243e, dus deze traditie zal al zo’n 10 jaar oud zijn.

De hashes worden gecoördineerd door Greg, een in Tanzania geboren Griek die nadat hij een tijd in Engeland en de VS had gewoond, terugkwam om hier een koffieplantage op te zetten. Naar verluidt brandt Greg ook koffie dus ik kan niet wachten om kennis te maken, maar helaas is hij er vandaag zelf niet bij.

De hash wordt telkens door iemand anders uitgezet. De ‘haas’ strooit op gezette afstanden meel, en de groep volgt dit spoor. Bij kruispunten (of zoals vandaag midden in de maisvelden)  moet gezocht worden naar het vervolg van de route. Dit gaat volgens een vast maar chaotisch protocol: de zoekers roepen “Are you?”, wie niets vindt roept “Checking!” en degene die het volgende merkteken vindt roept “On-on!”.

De groep is vandaag zo’n 50 man groot. Een deel rent, de rest wandelt. Ida en Willem lopen mee in de voorhoede van de wandelaars, waar ze aanhaken bij twee co-assistentes uit Utrecht. Doris en Hugo lopen met ons op (Steven en Vicky in rug- resp. draagzak) in de achterhoede bij Ben Hamel en Anne-Marijke Ogier, onze steun en toeverlaat deze eerste dagen.

De hash gaat door maisvelden en bananenplantages, langs hutjes en huizen, en heeft nog een pittige afdaling en klim bij het dal van de Moshi River. Als we de dichte begroeiing uitkomen hebben we een adembenemend uitzicht op de Kilimanjaro. Het is niet te beschrijven wat een grootsheid deze berg uitstraalt. Hij raakt iedereen.

Wanneer we terugkomen bij het huis van Maya, de kinderarts die de route deze keer heeft uitgezet, staan er koud bier en hapjes klaar. Over twee weken weer!

We zijn er!

We zijn in Moshi! De reis verliep voorspoedig, en we zijn woensdag – na 24 uur reizen – met zijn allen doodop in bed gevallen. Gisteren en vandaag zijn we al veel op pad geweest. Morgen lees je meer, want dan hebben we internet. Hiernaast alvast 1 foto die ik kon uploaden vanaf mijn mobiel. We stappen hier in Nairobi op het vliegtuig naar Kilimanjaro Intl. Airport.

PS: Steven burgert razendsnel in en begroet nu al iedereen met een luidkeels “HUJAMBO!” 🙂